Het Financieel Dagblad schetste, aan de hand van een repetitie van het Rotterdams Philharmonisch Orkest, een mooi beeld van hoe de culturele sector er nu voorstaat. Bij de repetitie waren ook de ministers Van Engelshoven en Koolmees aanwezig om mee te praten.
Omdat het RPhO aanspraak kan maken op verschillende steunpakketten, betaalt het orkest niet alleen haar vaste musici, maar ook freelancers en vervangers door. Helaas geldt dat lang niet voor alle BIS-organisaties die een groot deel van de steun en subsidies krijgen, want een heleboel cultuurfreelancers zitten zonder werk.
Volgens het FD hebben ruim 92.000 culturele zzp’ers de Tozo aangevraagd, maar zijn er nog 30.000 die daar om wat voor reden dan ook niet voor in aanmerking komen.
“Deze sector is echt heel raar qua arbeidsmarktsamenstelling”, meent Koolmees. Daar heeft hij best een punt, aangezien veel cultuurwerkers als zzp’er én in loondienst werken. Van een parttime salaris kunnen deze mensen vaak niet leven, maar Tozo is ook geen optie.
Hoewel veel partijen strijden voor meer geld naar de culturele sector om deze mensen te ondersteunen, meent minister Van Engelshoven dat “we moeten loskomen van het verhaal dat er meer steun bij moet”. Ze wil eerst kijken of het huidige steunpakket voldoende is om een nieuw seizoen op te starten.